NL079.11 Denen: Difference between revisions
No edit summary |
|||
(9 intermediate revisions by the same user not shown) | |||
Line 7: | Line 7: | ||
'''[[079|79.11]]''' Dit is op al onze burchten te lezen: | '''[[079|79.11]]''' Dit is op al onze burchten te lezen: | ||
Hoe wij onze Denemarken verloren, | Hoe wij onze Denemarken verloren, zestienhonderdentwee jaar na Aldland verzonk. | ||
Dankzij Wodin's ontrouw en lichtzinnigheid had de | Dankzij Wodin's ontrouw en lichtzinnigheid had de Mágí oostelijk Skénland onderworpen, maar over bergen en zee durfde hij niet te komen. De Moeder wilde het gebied niet herwinnen. Ze verklaarde: “Zijn wapens schrikken mij niet af, maar wel een herstelde omgang met de Skénlanders, omdat ze al verbasterd en bedorven zijn.” De Gemeenschapsraad gaf haar gelijk en daarom liet men het zo. | ||
Ruim | Ruim honderd jaar geleden echter, begonnen de Denen een handel. Ze gaven hen ijzeren wapens en gereedschap in ruil voor gouden sieraden, koper en ijzererts. De Moeder stuurde boden met de raad om daarmee te stoppen. Ze maakte zich zorgen, zei ze, over hun normbesef, '''[[080|[080]]]''' want als ze dat verloren, zouden ze ook hun vrijheid verliezen. Maar de Denen zagen dat niet in. Ze wilden niet begrijpen dat hun normen konden vervagen en daarom trokken ze zich niets aan van haar waarschuwing. | ||
Uiteindelijk verkochten ze zelfs hun eigen wapens en voedselvoorraden. Maar deze dwaling verwekte hun straf. Hun lichamen waren bedekt met pracht en praal, maar hun kisten, vaten en schuren waren leeg. | Uiteindelijk verkochten ze zelfs hun eigen wapens en voedselvoorraden. Maar deze dwaling verwekte hun straf. Hun lichamen waren bedekt met pracht en praal, maar hun kisten, vaten en schuren waren leeg. | ||
Honderd jaar nadat het eerste schip met voorraden van wal was gestoken, kwamen armoede en schaarste door de vensters naar binnen.<ref>Vgl. ‘Waar de vlijt de deur uitgaat, komt de armoede het venster in.’ (Spreekwoordenboek [https://www.google.nl/books/edition/Spreekwoordenboek_der_Nederlandsche_taal/5koCAAAAQAAJ?hl=en&gbpv=1&dq=Spreekwoordenboek%20der%20Nederlandsche%20taal%20Harrebom%C3%A9e&pg=PA20 Harrebomée 1858], deel I blz. 20)</ref> Honger spreidde zijn vleugels en streek neer op het land. Ruzie liep brutaal over straat en ging in elk huis op bezoek. Liefde voelde zich nergens meer thuis en eendracht vluchtte weg. Het kind vroeg zijn moeder om eten, maar zij had alleen nog sieraden. De vrouw ging naar haar man en die ging naar de | Honderd jaar nadat het eerste schip met voorraden van wal was gestoken, kwamen armoede en schaarste door de vensters naar binnen.<ref>Vgl. ‘Waar de vlijt de deur uitgaat, komt de armoede het venster in.’ (Spreekwoordenboek [https://www.google.nl/books/edition/Spreekwoordenboek_der_Nederlandsche_taal/5koCAAAAQAAJ?hl=en&gbpv=1&dq=Spreekwoordenboek%20der%20Nederlandsche%20taal%20Harrebom%C3%A9e&pg=PA20 Harrebomée 1858], deel I blz. 20)</ref> Honger spreidde zijn vleugels en streek neer op het land. Ruzie liep brutaal over straat en ging in elk huis op bezoek. Liefde voelde zich nergens meer thuis en eendracht vluchtte weg. Het kind vroeg zijn moeder om eten, maar zij had alleen nog sieraden. De vrouw ging naar haar man en die ging naar de Greve. Maar die had zelf ook niets meer of hield het verscholen. | ||
Nu moest men de sieraden wel verkopen. Maar terwijl de zeevaarders daarmee onderweg waren, kwam een strenge vorst die een plaat van ijs over de zeestraat legde. Toen deze brug sterk genoeg was, stak waakzaamheid over '''[[081|[081]]]''' en verliet het land, waarna verraad op haar zetel klom. In plaats van de kust te bewaken, spanden ze hun paarden voor hun sledes en maakten de overtocht naar Skénland. Evenzo kwamen de Skénlanders, die benieuwd waren naar hun voorouderlijke land, over naar de Denemarken. Op een heldere nacht kwamen ze allemaal tegelijk. Nu beweerden ze dat ze recht hadden op het land van hun voorouders en terwijl daarover geruzied werd, kwamen de Finnen naar de onbewaakte dorpen en gingen er met de kinderen vandoor. | Nu moest men de sieraden wel verkopen. Maar terwijl de zeevaarders daarmee onderweg waren, kwam een strenge vorst die een plaat van ijs over de zeestraat legde. Toen deze brug sterk genoeg was, stak waakzaamheid over '''[[081|[081]]]''' en verliet het land, waarna verraad op haar zetel klom. In plaats van de kust te bewaken, spanden ze hun paarden voor hun sledes en maakten de overtocht naar Skénland. Evenzo kwamen de Skénlanders, die benieuwd waren naar hun voorouderlijke land, over naar de Denemarken. Op een heldere nacht kwamen ze allemaal tegelijk. Nu beweerden ze dat ze recht hadden op het land van hun voorouders en terwijl daarover geruzied werd, kwamen de Finnen naar de onbewaakte dorpen en gingen er met de kinderen vandoor. | ||
Daardoor en doordat ze geen goede wapens meer hadden, verloren ze de zaak en daarmee ook hun vrijheid, want de | Daardoor en doordat ze geen goede wapens meer hadden, verloren ze de zaak en daarmee ook hun vrijheid, want de Mágí kreeg het voor het zeggen. Dat alles kwam doordat ze Frija’s Tex niet lazen en haar raad in de wind sloegen. Sommigen menen dat ze door de graven zijn verraden en dat de Famen dat al veel eerder begrepen hadden, maar dat, wanneer zij hiervoor wilden waarschuwen, hun monden met gouden kettingen werden gesnoerd. Wij kunnen hierover geen oordeel vellen, maar we willen u op het hart drukken: | ||
Vertrouw niet blind op de wijsheid en deugd van je leiders en Famen. Want ons behoud staat of valt met eenieders beheersing van de eigen aandriften en bewaking van het heil van de gemeenschap. | Vertrouw niet blind op de wijsheid en deugd van je leiders en Famen. Want ons behoud staat of valt met eenieders beheersing van de eigen aandriften en bewaking van het heil van de gemeenschap. | ||
===Noten=== | ===Noten=== | ||
<references /> | <references /> | ||
{{Hoofdstuk Navigatie|normal=NL082.01 Frana|back=NL076.13 Athenia|alternative=NL082.01 Frana|altback=NL208.17 Verdeeld}} | |||
=={{Titel andere talen}}== | |||
<span> | |||
:<div class="emoji flag de"></div> '''[[DE079.11 Dänemarken]]''' | |||
:<div class="emoji flag uk"></div> '''[[EN079.11 Denmarks]]''' | |||
:<div class="emoji flag es"></div> '''[[ES079.11 Daneses]]''' | |||
:<div class="emoji flag fs"></div> '''[[FS079.11 DÉNAMARKA|FS079.11 <span class="fryas">DÉNAMARKA</span>]]''' | |||
:<div class="emoji flag no"></div> '''[[NO079.11 Danmark]]'''</span> | |||
=={{Ander NL}}== | |||
Hoofdstukken M, N en O: [[MNO Ottema|Ottema 1876]] | [[MNO Overwijn|Overwijn 1951]] | |||
[[Category:Nederlandse Vertalingen]] | [[Category:Nederlandse Vertalingen]] | ||
{{DEFAULTSORT:^N. Op Alle Burgen 3^}} | {{DEFAULTSORT:^N. Op Alle Burgen 3^}} |
Latest revision as of 10:04, 4 November 2024
Ontwerp 2025 Ott
N. Op Alle Burgen 3
1. De Deense Gemeenschap
79.11 Dit is op al onze burchten te lezen:
Hoe wij onze Denemarken verloren, zestienhonderdentwee jaar na Aldland verzonk.
Dankzij Wodin's ontrouw en lichtzinnigheid had de Mágí oostelijk Skénland onderworpen, maar over bergen en zee durfde hij niet te komen. De Moeder wilde het gebied niet herwinnen. Ze verklaarde: “Zijn wapens schrikken mij niet af, maar wel een herstelde omgang met de Skénlanders, omdat ze al verbasterd en bedorven zijn.” De Gemeenschapsraad gaf haar gelijk en daarom liet men het zo.
Ruim honderd jaar geleden echter, begonnen de Denen een handel. Ze gaven hen ijzeren wapens en gereedschap in ruil voor gouden sieraden, koper en ijzererts. De Moeder stuurde boden met de raad om daarmee te stoppen. Ze maakte zich zorgen, zei ze, over hun normbesef, [080] want als ze dat verloren, zouden ze ook hun vrijheid verliezen. Maar de Denen zagen dat niet in. Ze wilden niet begrijpen dat hun normen konden vervagen en daarom trokken ze zich niets aan van haar waarschuwing.
Uiteindelijk verkochten ze zelfs hun eigen wapens en voedselvoorraden. Maar deze dwaling verwekte hun straf. Hun lichamen waren bedekt met pracht en praal, maar hun kisten, vaten en schuren waren leeg.
Honderd jaar nadat het eerste schip met voorraden van wal was gestoken, kwamen armoede en schaarste door de vensters naar binnen.[1] Honger spreidde zijn vleugels en streek neer op het land. Ruzie liep brutaal over straat en ging in elk huis op bezoek. Liefde voelde zich nergens meer thuis en eendracht vluchtte weg. Het kind vroeg zijn moeder om eten, maar zij had alleen nog sieraden. De vrouw ging naar haar man en die ging naar de Greve. Maar die had zelf ook niets meer of hield het verscholen.
Nu moest men de sieraden wel verkopen. Maar terwijl de zeevaarders daarmee onderweg waren, kwam een strenge vorst die een plaat van ijs over de zeestraat legde. Toen deze brug sterk genoeg was, stak waakzaamheid over [081] en verliet het land, waarna verraad op haar zetel klom. In plaats van de kust te bewaken, spanden ze hun paarden voor hun sledes en maakten de overtocht naar Skénland. Evenzo kwamen de Skénlanders, die benieuwd waren naar hun voorouderlijke land, over naar de Denemarken. Op een heldere nacht kwamen ze allemaal tegelijk. Nu beweerden ze dat ze recht hadden op het land van hun voorouders en terwijl daarover geruzied werd, kwamen de Finnen naar de onbewaakte dorpen en gingen er met de kinderen vandoor.
Daardoor en doordat ze geen goede wapens meer hadden, verloren ze de zaak en daarmee ook hun vrijheid, want de Mágí kreeg het voor het zeggen. Dat alles kwam doordat ze Frija’s Tex niet lazen en haar raad in de wind sloegen. Sommigen menen dat ze door de graven zijn verraden en dat de Famen dat al veel eerder begrepen hadden, maar dat, wanneer zij hiervoor wilden waarschuwen, hun monden met gouden kettingen werden gesnoerd. Wij kunnen hierover geen oordeel vellen, maar we willen u op het hart drukken:
Vertrouw niet blind op de wijsheid en deugd van je leiders en Famen. Want ons behoud staat of valt met eenieders beheersing van de eigen aandriften en bewaking van het heil van de gemeenschap.
Noten
- ↑ Vgl. ‘Waar de vlijt de deur uitgaat, komt de armoede het venster in.’ (Spreekwoordenboek Harrebomée 1858, deel I blz. 20)
NL076.13 Athenia ᐊ vorig/volgend ᐅ NL082.01 Frana
Aangepaste volgorde:
NL208.17 Verdeeld ᐊ vorig/volgend ᐅ NL082.01 Frana
In andere talen
Andere Nederlandse vertalingen
Hoofdstukken M, N en O: Ottema 1876 | Overwijn 1951