NL021.15 Oorlogswetten: Difference between revisions
(remove Ottema and Overwijn) |
No edit summary |
||
Line 30: | Line 30: | ||
12. Wie strijdt met wapens in de '''[[023|[023]]]''' hand kan niet nadenken en kalm blijven. Daarom past het de koning niet om wapens te hanteren in de strijd. Zijn wijsheid moet zijn wapen wezen en de liefde van zijn strijders, zijn schild. | 12. Wie strijdt met wapens in de '''[[023|[023]]]''' hand kan niet nadenken en kalm blijven. Daarom past het de koning niet om wapens te hanteren in de strijd. Zijn wijsheid moet zijn wapen wezen en de liefde van zijn strijders, zijn schild. | ||
==Noten== | ===Noten=== | ||
<references /> | <references /> | ||
{{Hoofdstuk Navigatie|normal=NL023.07 Oorlogstijd|back=NL019.08 Gemeenschap}} | {{Hoofdstuk Navigatie|normal=NL023.07 Oorlogstijd|back=NL019.08 Gemeenschap}} | ||
=={{Titel andere talen}}== | =={{Titel andere talen}}== | ||
<span><div class="emoji flag de"></div> '''[[DE021.15 Kriegsrecht]]''' <div class="emoji flag uk"></div> '''[[EN021.15 Defense]]''' <div class="emoji flag es"></div> '''[[ES021.15 Leyes de guerra]]''' <div class="emoji flag no"></div> '''[[NO021.15 Forsvarslover]]'''</span> | <span><div class="emoji flag de"></div> '''[[DE021.15 Kriegsrecht]]''' <div class="emoji flag uk"></div> '''[[EN021.15 Defense]]''' <div class="emoji flag es"></div> '''[[ES021.15 Leyes de guerra]]''' <div class="emoji flag no"></div> '''[[NO021.15 Forsvarslover]]'''</span> | ||
=={{Ander NL}}== | |||
Hoofdstuk E: [[E Ottema|Ottema 1876]] | [[E Overwijn|Overwijn 1951]] | |||
[[Category:Nederlandse Vertalingen]] | [[Category:Nederlandse Vertalingen]] | ||
{{DEFAULTSORT:^E. Wetten^}} | {{DEFAULTSORT:^E. Wetten^}} |
Revision as of 17:59, 2 September 2024
Ott werkversie
E. Wetten
Oorlogswetten
21.15 In vroeger tijden leefde het Findasvolk bijna alleen maar in hun moeder’s geboorteland, dat Aldland wordt genoemd en nu op de zeebodem ligt. Ze waren dus ver weg van ons en daarom hadden we geen oorlog. Toen ze hun land verloren en dicht bij ons kwamen roven, kwamen er natuurlijk landweer, legerleiders, koningen en oorlog. Dat leidde tot regelgeving en daaruit ontstonden de hierna volgende wetten.
1. Elke Fryas moet de belagers of vijanden afweren, met alle mogelijke wapens die hij bedenken, verkrijgen en hanteren kan.
2. Is een jongen twaalf jaar, dan moet hij iedere zevende dag van zijn leertijd missen om zich te oefenen in het hanteren van wapens.
[022] 3. Is hij bekwaam, dan krijgt hij wapens en wordt hij tot weerman geslagen.
4. Is hij drie jaar weerman, dan wordt hij Burgheer en mag hij helpen bij het kiezen van zijn hoofdmannen.
5. Heeft hij dit zeven jaar gedaan, dan mag hij helpen bij het kiezen van een legerleider of koning en daartoe zelf ook gekozen worden.
6. Elk derde jaar wordt er opnieuw gekozen.
7. Behalve de koning kunnen alle leiders herkozen worden, op voorwaarde dat ze rechtvaardig handelen en Fryas Raad naleven.
8. Een koning mag niet langer dan drie jaar aanblijven, opdat hij niet te machtig wordt,[1] wat onze vrijheid zou schaden.
9. Na zeven jaar rust mag hij weer verkozen worden.
10. Is de koning in de strijd omgekomen, dan mogen zijn familieleden ook naar de eer dingen (m.a.w. zich verkiesbaar stellen).
11. Is hij na zijn termijn afgetreden of binnen zijn termijn (een natuurlijke dood) gestorven, mag hij niet worden opgevolgd door een familielid binnen de vierde graad.
12. Wie strijdt met wapens in de [023] hand kan niet nadenken en kalm blijven. Daarom past het de koning niet om wapens te hanteren in de strijd. Zijn wijsheid moet zijn wapen wezen en de liefde van zijn strijders, zijn schild.
Noten
- ↑ Letterlijk: ‘blijven (BILÍWA ) ... beklijven (BIKLÍWA )’.
NL019.08 Gemeenschap ᐊ vorig/volgend ᐅ NL023.07 Oorlogstijd
In andere talen
DE021.15 Kriegsrecht EN021.15 Defense ES021.15 Leyes de guerra NO021.15 ForsvarsloverAndere Nederlandse vertalingen
Hoofdstuk E: Ottema 1876 | Overwijn 1951